Isvag
Wij zijn met de klas naar ISVAG
geweest.
Dat is een
afvalverbrandingsfabriek.
Wij gaan in stappen vertellen wat
er met ons afval gebeurt:
Stap 1: De weegbrug.
Elke vrachtwagen die
ISVAG binnenkomt, rijdt over de weegbrug. Het wegen gebeurt opnieuw wanneer de
lege vrachtwagen wegrijdt. Zo kennen ze precies het gewicht van het restafval
dat werd gebracht.
Stap 2: Loskade.
De binnengekomen
vrachtwagens storten hun lading in de opslagbunker. Per dag wordt hier zo’n 600
ton afval gelost. In totaal kan in de bunker zo’n 3.000 ton worden opgeslagen.
Buiten de enorme hal valt hiervan nauwelijks iets te merken. Dat komt omdat een
luchtafzuigingssysteem de hal voortdurend in onderdruk houdt en alle vervelende
geurtjes wegzuigt. Die lucht wordt gebruikt als noodzakelijke
'verbrandingslucht'. Vuur maken zonder zuurstof is immers onmogelijk.
Stap 3: Bunker.
De
binnengekomen vrachtwagens storten hun lading in de opslagbunker. Per dag wordt
hier zo’n 600 ton afval gelost. In totaal kan in de bunker zo’n 3.000 ton
worden opgeslagen. Het grof vuil in de bunker wordt in de rotorschaar – een
soort enorme koffiemolen – eerst in kleine stukjes gemalen. Daarna wordt al het
afval met de grijpkranen goed door elkaar gemengd, zodat makkelijk brandbare en
minder brandbare bestanddelen goed door elkaar zitten. Een homogeen mengsel is
immers noodzakelijk voor een optimale verbranding.Vanuit de controlekamer
bedienen onze mensen de kranen met grijpers, die elke keer zo’n anderhalve ton
optillen. Ze lossen het afval via trechters in de ovens
Stap 4: Rotorschaar.
Het grof vuil in de
bunker wordt in de rotorschaar – een soort enorme koffiemolen – eerst in kleine
stukjes gemalen. Daarna wordt al het afval met de grijpkranen goed door elkaar
gemengd, zodat makkelijk brandbare en moeilijk brandbare bestanddelen goed door
elkaar zitten. Een homogeen mengsel is noodzakelijk voor een optimale
verbranding. Vanuit de controlekamer bedienen hun mensen de kranen met
grijpers, die elke keer zo’n anderhalve ton optillen. Ze lossen het afval via
trechters in de ovens.
Stap 5: Oven.
De installatie waarin ze
het afval verwerken is een roosteroven. Via schuivende en kantelende roosters
beweegt het restafval van boven naar beneden, terwijl het opbrandt. Dit gebeurt
bij een temperatuur van circa 950°C en duurt ongeveer drie kwartier. Er wordt
hierbij geen enkele brandstof toegevoegd. Restafval is immers een brandstof op
zich. De ISVAG oven bestaat uit twee identieke ovenlijnen die elk zo’n 9 ton
afval per uur kunnen verwerken, 24 uur per dag, het hele jaar door. Op die
manier verwerken hun medewerkers ongeveer 125.000 à 135.000 ton per jaar. Het
volledige verwerkingsproces is computergestuurd en geautomatiseerd. Alle
sturingen gebeuren vanuit de controlekamer, het hart van het bedrijf. Hier
volgen de operatoren de werking van de installatie op verschillende
computerschermen.
Stap 6: Elektrofilter.
Naast warmte komen
er bij de verbranding in de oven ook een aantal schadelijke stoffen vrij. Het
spreekt voor zich dat de rookgassen eerst grondig gezuiverd worden voor zij ze
door de schouw naar buiten laten. De eerste stap in het zuiveringsproces is de
elektrofilter. De elektrofilters zijn de grote blinkende dozen die naast de
schouw zijn opgesteld, één voor elke ovenlijn. In deze filter worden de
stofdeeltjes uit de afgekoelde rookgassen gevangen.
Stap 7: Halfnatte wassing.
Bij de tweede stap
worden de rookgassen gewassen in de halfnatte wassing. In een grote reactietank
vernevelen we kalkmelk, waardoor we schadelijke stoffen verwijderen. De
rookgassen koelen hierbij verder af 170° C.
Stap 8: Mouwenfilter.
De mouwenfilter is
stap 3 in het zuiveringsproces. Deze filters bestaan elk uit 768 lange
kunststofmouwen die in een kader zijn opgehangen. Hierdoor krijg je een doek
met een oppervlakte van bijna even groot als een voetbalveld. De rookgassen
komen onderaan de filters binnen en verlaten de mouwenfilters aan de bovenkant,
gezuiverd van dioxine, furanen, zware metalen. Na deze stap zijn ook meer dan
99% van de stofdeeltjes uit de rookgassen weggefilterd.
Stap 9: Natte wassing.
De laatste stap in
de rookgaszuivering is de natte wassing. In reuze wastorens besproeien ze de
rookgassen overvloedig met water, waardoor ze extra gezuiverd worden en verder
afkoelen tot ongeveer 65° C. Hier verdwijnt ook de rest van de stofdeeltjes. Het
water dat we in deze wastorens gebruiken, halen we uit het nabijgelegen
waterzuiveringsstation. Al het water in onze installaties wordt trouwens
hergebruikt, waardoor geen druppel afvalwater in de riolering terechtkomt.
Stap 10: Emissiemetingen.
Na de lange weg door het
hele zuiveringssysteem voldoen de rookgassen aan de meest strikte normen en
kunnen ze eindelijk de schouw in. De witte pluim die je uit onze schouw ziet
opstijgen wordt eigenlijk gevormd door kleine druppels waterdamp. Een meetinstallatie,
met speciale sondes voor elke oven, houdt nauwlettend de kwaliteit van de
rookgassen in het oog. Ze worden hiertoe constant gecontroleerd op de
aanwezigheid van een aantal stoffen:
CO: koolstofmonoxide
HCl: chloriden
NOx: stikstofoxiden
SO2: zwaveldioxide
Stof: totaal stofgehalte
CxHy: totaal organische gebonden
koolstof
Dioxines
Stap 11: Asbehandeling.
Na de verbranding
blijft er onderaan de oven enkel nog as over. In volume is dit nog ongeveer 10
% van de oorspronkelijke hoeveelheid afval. De as gaat eerst door een waterbad
om af te koelen en komt daarna via een triltafel in een apparte opslagbunker terecht.
Maar eerst haalt een grote ronddraaiende bandmagneet er nog het ijzer uit, dat
hergebruikt wordt in de staalindustrie. De overgebleven as wordt volledig
hergebruikt in de wegenbouw.
Stap 12: Energierecuperatie.
Afval is niet zomaar
afval, maar ook een waardevolle energiebron. Verbranden is slechts een deel van
hun activiteit. Het leidt immers tot het recupereren van waardevolle
hernieuwbare energie. Het zou zonde zijn om de warmte die bij de verbranding
vrijkomt verloren te laten gaan. Groene stroom wordt gewonnen uit hernieuwbare
energiebronnen, dus uit andere dan fossiele brandstoffen of kernsplijting. In
praktijk zijn dit onder andere zonne-energie, windenergie, waterkracht, biogas
of biomassa. Ook in huishoudelijk afval zit een hernieuwbare fractie biomassa.
ISVAG zet die om in elektriciteit. Zij hanteren hiervoor een even vernuftige
als betrouwbare en schone technologie.
Tijdens het
verbrandingsproces wordt de warmte door een afgescheiden ketel geleid, waarin
stoom wordt geproduceerd. Deze stoom drijft de schoepen van een turbine aan,
die gekoppeld is aan een alternator. Deze alternator produceert elektrische
energie. Of hoe stoom stroom wordt, met afval als grondstof. De hoeveelheid
energie die we zo opwekken is overigens allesbehalve gering: ze volstaat om
meer dan 25.000 gezinnen het hele jaar door te voorzien van elektriciteit. En
er is nog meer: die alternatieve energie levert een aanzienlijke
brandstofbesparing op. Want om evenveel energie te produceren in een gewone
elektriciteitscentrale is maar liefst 30.000 ton steenkool of 18.000 ton
aardolie nodig.
Stap 13: Onderhoud.
Regelmatig leggen
ze één van de ovenlijnen helemaal stil voor een grondige onderhoudsbeurt: de
shut-down. Wat vuil is, maken ze weer proper en wat slijtage vertoont, wordt
vervangen. Op zo'n moment heerst bij ISVAG heel wat drukte, omdat naast hun
eigen mensen ook externe bedrijven in de weer zijn om het stil liggen van de
installatie zo kort mogelijk te houden. Door deze geregelde check-ups verkeert
ISVAG permanent in een uitstekende conditie.
Wij vonden het heel interessant
in ISVAG! We moesten ook allemaal een helm, oortje en een fluovestje aan doen.
Als je nog meer wilt weten over
ISVAG klik dan hier --> www.isvag.be
Groetjes: Mara, Leon, Victor en
Judith!!